We ontwikkelen en bouwen mooie projecten, daar zijn we trots op. In de rubriek 'het verhaal van' spreken we mensen die hieraan meewerken. Dit zijn bijvoorbeeld ontwikkelpartners, adviserende partners, bouwpartners of onze collega’s. Deze keer spreken we Harvey Otten.

Voor de meeste projecten die ik ontwerp en ontwikkel neem ik zelf het initiatief. Dat begon ooit met de World of Food, een parkeergarage in de Bijlmer die we verbouwden tot een overdekte markt. Kort daarna ontwikkelden we de Jan Ligthartschool in Amsterdam tot middeldure huurwoningen. Vlak voor kerst leverden we DOK2404 op, het eerste woongebouw in de herontwikkeling van de Rijnhaven in Alphen aan den Rijn van bedrijventerrein naar woongebied.

En wie ben je privé?

In 1995 ben ik naar Amsterdam gegaan om samen te gaan wonen met mijn vriendin. Mijn Brabantse mentaliteit combineer ik inmiddels met de Amsterdamse, die combinatie voelt goed. Overal heb ik een mening over en die laat ik graag horen met een vriendelijk Brabants accent. In 2020 zijn wij, samen met onze twee grote kinderen, verhuisd naar onze nieuwe woning op IJburg in Amsterdam. Ik was al een IJburger maar deze woning heb ik zelf ontworpen en laten bouwen. Het was voor mij een feest om zelf te bouwen. Het is daarnaast ook de ultieme leerschool. Ik raad iedere architect aan om minimaal één keer in zijn of haar leven voor zichzelf te bouwen om zo het bouwproces in alle facetten te ervaren.

‘ultieme leerschool om zelf een huis te bouwen’

Onze woning zo gemaakt dat alle ruimtes volledig benut worden en flexibel zijn voor de toekomst. Op dit moment hebben onze twee kinderen van 16 en 19 ieder een eigen etage in ons huis en dit bevalt erg goed omdat ze hier ook zelfstandig kunnen zijn.

Vrijdagavond voetbal ik bij Voetbalvereniging TOS-Actief. Tien jaar lang was ik leider van het elftal van mijn dochter, als de Coronamaatregelen voorbij zijn ben ik graag weer op het voetbalveld te vinden.

Wat voor soort architect ben je?

Ik heb veel interesse in het proces en vind het belangrijk dat wat wij bedenken goed gebouwd kan worden. Daarom overleg ik graag met de mensen die de gebouwen die wij ontwerpen gaan gebruiken en bouwen. Ik leer nog altijd van gesprekken op de bouw, in de bouwteams en met kopers en huurders. Ik ben graag van het begin tot het eind betrokken bij een project, dat is één van de redenen dat onze samenwerking goed werkt.

Ga je na deze levensfase als architect nog iets anders doen?

Ik heb hier natuurlijk wel eens over nagedacht maar ben tot de conclusie gekomen dat ik echt niets anders wil. Van jongs af aan heb ik altijd al architect willen worden.

Waarom architect?

Dit komt uit de gedachte dat ik graag iets wil nalaten. Dat hadden boeken kunnen zijn, ik schrijf ook graag, maar ik heb gekozen om gebouwen te ontwerpen. Mijn inspiratiebron, waar ik later pas achter gekomen ben, is wellicht de omgeving waarin ik ben opgegroeid. Dat was een unieke plek, midden in een dorp tegenover een kasteel en een gotische kerk.

Vertel eens iets over je opleiding?

Na mijn atheneum heb ik Bouwkunde gestudeerd aan de TU in Eindhoven. Ik heb tijdens mijn studie een tijd in Florence gestudeerd en hier heb ik geleerd om ook op een hele andere manier naar het vak te kijken. Bouwkunde is daar meer een cultureel fenomeen. Ik ben ook een kortere tijd in Glasgow geweest, daar hebben we een project begeleid in de buitenwijken waar veel sociale problemen waren. Het geheel heeft het me gevormd waarbij ik onder andere geleerd heb dat het onverstandig is om alleen maar keihard te werken, maar dat je vooral ook om je heen moet blijven kijken.

Zelfstandig, XOOMlab en Ruimtemaken, hoe zit dat?

Na mijn studie heb ik bij een aantal werkgevers gewerkt. Daar heb ik ervaring opgedaan hoe je als architect een totaal bouwproces doorloopt. In 2009 ben ik als zelfstandig architect gestart. In mijn vak werk ik graag zelfstandig, mijn creativiteit komt dan het beste tot zijn recht. Toch is het ook prettig om met andere architecten samen te werken in de vorm van gelijkwaardigheid.

Daarnaast ben ik vennoot in ‘Ruimtemaken’. Samen met Theo Dohle en Hella Hendriks hebben wij gezocht naar locaties om te investeren in het zelf ontwikkelen van projecten. Omdat ik zelfstandig ben, heb ik de vrijheid om risico’s te nemen. Wij werken vanuit de behoefte van de consument, kleinschalig en daardoor snel. Tijdens de ontwikkeling van het project DOK2404 in Alphen aan den Rijn kwamen wij erachter dat er een andere doelgroep geïnteresseerd was dan we vooraf gedacht hadden. Er was geen behoefte aan eengezinswoningen maar juist aan royale appartementen. Hier konden wij flexibel mee omgaan.

Wij hebben al meerdere keren samengewerkt.
Waarom werkt onze samenwerking goed?

Zelf vind ik het vertrouwen in elkaar belangrijk. Ik merk dat Vink Bouw respectvol omgaat met een ‘kleine partij’ die kwetsbaar is in het grote geheel. Ook als er soms uitdagende momenten gedurende het proces zijn, is het prettig dat we samen zorgen dat we steeds tot een goed einde komen en trots zijn op het resultaat.

Wat zijn voor jou bijzondere projecten?

Het project de Burmandwarsstraat midden in Amsterdam waar vijftien appartementen boven op het bestaande appartementen complex worden gerealiseerd en tegelijk wordt het bestaande complex geüpgraded. We hadden hier te maken met een gebouw dat bouwkundig niet goed meer was, met een ingewikkelde gemeentelijke procedure, stijgende bouwprijzen en we moeten rekening houden met de wensen van de Vereniging van Eigenaren van 37 huishoudens.

Ook de Jan Ligthartschool in Amsterdam was bijzonder, hier hebben we een deels historisch gebouw getransformeerd naar 19 ruime lofts. Een voorbeeldproject in de bestaande stad om snel betaalbare middeldure huurwoningen toe te voegen. Met hetzelfde team werken we nu aan , 16 appartementen in Amsterdam Noord.

Je hebt een sterke mening over de toekomst en bent actief op social media en schrijft blogs. Wat is je drive?

Ik geef graag feedback vanuit de bouwpraktijk over wat er gebeurt in de maatschappij. Rond de verkiezingen bijvoorbeeld waren er allemaal wilde plannen omdat er in Nederland 1 miljoen woningen bij moeten komen. Niemand lijkt zich de vraag te stellen voor wie die woningen gebouwd moeten worden, waar dat getal van 1 miljoen vandaan komt en wat een realistisch bouwtempo is. Daar schrijf ik dan een stukje over in de krant, in de vakmedia of op mijn blog. Het is soms ook leuk om te peilen hoe over iets gedacht wordt als je iets in de lucht gooit en welke reacties daarop komen.

Waar ga jij je in de komende jaren op richten?

Ik wil de richting van woningcoöperaties verkennen waarbij een groep mensen zelf een pand wil neerzetten en zelf gaat huren. Ook wil ik in de toekomst graag meer in houtbouw (CLT) bouwen. De regelgeving is nu nog ingewikkeld en het materiaal nog vaak te duur, maar ik verwacht dat dit in de toekomst gaat veranderen. Daarnaast blijf ik zoeken naar plekken waar ik zelf ontwikkelend samen met anderen aan de slag kan.

Waar moet Vink Bouw zich de komende jaren op richten?

Vink Bouw zou zich nog meer kunnen richten op het gezamenlijk ontwikkelen van middelgrote projecten. Deze ontwikkelingen gaan sneller, krijgen meer persoonlijke aandacht en daardoor kan er met een hogere kwaliteit gebouwd worden en zijn de risico’s beter beheersbaar. Om concurrentie te bieden aan standaardbouw is het slim dat jullie partijen bij elkaar brengen en BIM gebruiken als hulpmiddel om stappen te zetten, flexibel te kunnen bouwen en sneller te kunnen inschatten wat het gaat kosten.