We ontwikkelen en bouwen mooie projecten, daar zijn we trots op. In de rubriek 'het verhaal van' spreken we mensen die hieraan meewerken. Dit zijn bijvoorbeeld ontwikkelpartners, adviserende partners of onze collega’s. Deze keer is Liesbeth Janson aan het woord. Liesbeth is eigenaar van architectenbureau Studio Huijgens.

Naast mijn studie op Bouwkunde ben ik heel actief geweest bij Stylos (studievereniging Bouwkunde). Wij organiseerden voor onze medestudenten veel lezingen en symposia over architectuur met veel bekende architecten. Zelf ben ik samen met Roemer van Toorn afgestudeerd op een nieuw Gerechtshof aan de Prinsengracht in Amsterdam. Wij kregen hiervoor een 3^e prijs van Archiprix. Kort daarna kreeg ik van het bouwfonds voor architectuur en kunsten een reisbeurs naar Japan. Tijdens die reis leerde ik Mariëtte Adriaanssen kennen, met wie ik in 1993 Janson Adriaanssen Architecten heb opgericht. Vanuit Amsterdam hebben we 15 jaar met veel enthousiasme samengewerkt aan een gevarieerde opdrachtenportefeuille en veel gebouwd.

Studio Huijgens
In 2008 ben ik zelfstandig door gegaan. De naam Studio Huijgens is afgeleid van de Huijgensstraat in Den Haag waar mijn bureau gevestigd is. Mijn projecten komen altijd in samenwerking met andere bureaus tot stand. Zo werk ik voor de projecten CPO Leeuwenhoek Special en de school het PRO Grotius College in Delft, samen met Olivier van der Bogt van het Bureau NZ. Door deze werkwijze kan ik zelf volstaan met een klein bureau maar toch buigen op een brede ervaring en deskundigheid. Zo kan ik grotere opdrachten aan, maar blijf toch zelf flexibel.

Waar staat Studio Huijgens voor?
Ik heb een voorkeur om te werken in projecten waar de toekomstige gebruikers ook de opdrachtgever zijn. Dat is het geval bij Collectief Particulier Opdrachtgeverschap (CPO). Het geeft mij de kans om echt maatwerk te leveren. Door als architect van initiatief tot en met oplevering aan projecten te werken kan ik het totale overzicht behouden en ook tot en met de details kwaliteit leveren.

Het was ook nog binnen 2 jaar na start initiatief gerealiseerd: de mensen weten namelijk zelf heel goed wat ze graag willen. Het grappige is dat de Engelse Taskforce Right to Build al 2x met een groep belangstellenden naar dit project is komen kijken om daarvan te leren voor de Engelse situatie: ‘Hoe het anders kan’.

Hoe is de samenwerking met Vink Bouw tot stand gekomen?
In Delft wordt de Spoorzone ontwikkeld tot Nieuw Delft, een nieuw stadsdeel met veel nieuwe projecten. Ik heb Vink Bouw leren kennen door het project Antoni, dat Vink Bouw in Delft gaat bouwen.

Wat vind jij kenmerkend voor Vink Bouw?
Avontuurlijk en nieuwsgierig, waardoor er onverwachte positieve wendingen kunnen ontstaan. Vink Bouw is eerlijk en transparant in wat er wel en niet kan. Ik vind de oplossingsgerichtheid prettig, jullie team is bereikbaar om snel even te sparren en samen naar praktische oplossingen met behoud van kwaliteit te zoeken.

'samen naar specifieke oplossingen zoeken'

Welke veranderingen verwacht je van de rol van de architect?
Ik zie dat de rol van architecten in grotere woningbouwprojecten steeds meer gemarginaliseerd wordt. Steeds vaker is er al een uitgewerkt technisch ontwerp waarbij de rol van de architect nog slechts window-dressing is. Vandaar mijn voorliefde voor CPO projecten waarbij je juist met individuele opdrachtgevers naar specifieke oplossingen kan gaan zoeken. Dat levert veel diversiteit op in programma en woningplattegronden. Om alles goed in elkaar te laten grijpen moet er wel gedurende het gehele traject goed overleg blijven. Zelf hebben wij nog geen projectervaring met BIM. Het wordt zeker de toekomst waar ook wij mee zullen gaan werken.

Noot: BIM is een werkmethodiek waarbij in een 3D Bouw Informatie Model integraal wordt samengewerkt door diverse disciplines in de bouwsector.

Verwacht je dat de bouwvorm CPO blijft bestaan?
Ik denk zelfs dat het zal gaan toenemen. Mensen zijn tegenwoordig veel zelfbewuster en willen ook graag hun eigen wonen zelf vormgeven. Maatwerk kan je bovendien niet kant en klaar kopen. Het aanbod van locaties waar men CPO’s kan bouwen is echter beperkt en het zou goed zijn wanneer gemeenten in hun grondbeleid hiervoor meer ruimte maken. CPO’s zijn aantoonbaar een verrijking voor de stad, zowel qua woonprogramma als architectuur. Wel is het zo dat CPO best veel vraagt van opdrachtgevers en architect. Deze bouwvorm zal daarom nooit heel erg groot worden.

Welke veranderingen verwacht je voor de bouw- en vastgoedmarkt?
Die gaat er anders uitzien, onder andere door energieneutraal en gasloos bouwen. Ik ben nieuwsgierig hoe we straks omgaan met deze ontwikkelingen in de bestaande bouw. Ik zie ook kansen, met name door de aandacht voor duurzaamheid en circulair bouwen. Ik hoop dat de positieve veranderingen die de crisis ons heeft gebracht: minder massa productie en meer ruimte voor unieke oplossingen van vraagstukken, met de huidige schaarste aan woningen, materialen en arbeidskrachten niet naar de achtergrond zullen raken.